muis5Mijn zus en broer zijn een tweeling. Ze heten Beau en Belle. Ik zei je al dat mijn moeder een heel speciale smaak voor namen heeft. Anders had ze mij nooit Joachiem genoemd. Maar goed. Beau en Belle waren op een middag een’ rondje kerk’ aan het doen. Dat noemen wij zo als iemand van ons gaat rondkijken of er iets te vinden is of dat er wat gebeurt. Soms komen ze terug met snoep, soms met brood en soms wordt er alarm geslagen als het er op lijkt dat er muizenvallen worden geplaatst. Of als er veel mensen in de kerk zijn. Of nog erger: mensen met honden. Je ziet die beesten met de neus in de lucht snuffelen. Ze ruiken ons. Maar wij laten ons dan niet zien.

 

 

 

 

 

 

Beau en Belle klommen op een tafel en stuitten toen op een bak. Beau zei dat hij van goud was, maar Belle zei dat het hooguit koper was. ‘Zo rijk is die kerk niet.’ voegde ze eraan toe. Toen ze nog beter keken zagen ze dat er water in de bak stond. Ze speelden een tijdje schaduwtje omdat ze ontdekten dat ze zichzelf erin zagen, ze staken hun voorpoten er even in en spetten elkaar nat. Ze piepten het uit van het lachen. Al hadden ze nog steeds geen idee waar die bak water nu voor was.

Ze gingen zo op in hun gedol, dat ze niet doorhadden dat er een vrouw met een grote bos krulhaar dichterbij kwam, die snel haar hand in de bak deed en hen met een enorme spletsj water nat gooide en heel hard ’boe!’ riep. Eerst stonden ze druipend verstijfd van schrik en toen wisten ze niet hoe snel ze weg moesten komen. Ze hoorden een daverende lach van de vrouw die hen achtervolgde tot aan ons hol.

Ik heb Beau en Belle nog nooit zo nat en zo geschrokken gezien. Moeder zuchtte, pakte droge kleren voor hen die ze nét schoon en droog had. Toen Beau en Belle vertelden wat er gebeurd was zei moeder: “Ja, dat is de dominee, die vrouw met dat krulhaar. En ze had groot gelijk dat ze jullie wegjoeg. Wat deden jullie ook met je poten in dat doopvont. Binnenkort, op zondag 17 november, wordt met het water uit die vont Zoë gedoopt. Het is een schattig kindje. Alle mensen zijn welkom om daar bij te zijn. En nu hebben jullie…nou ja, ze zullen er wel even schoon water in doen”.

Beau en Belle zeiden die middag niet veel meer. Ze hadden het over gedoopt worden en hoe bijzonder dat is. En dat ze de 17e er zeker bij zouden zijn. Maar wel op veilige afstand. Want je weet maar nooit…

Moeder keek nog even om een hoekje en zei: “Hebben jullie de buurvrouw laatst nog gezien? Ze lijkt wel dikker geworden en ze heeft steeds haar breitas bij zich. En als ik haar daar naar vraag, verbergt ze hem steeds, alsof ik niet mag zien wat ze aan het maken is. Je zou toch bijna denken dat ze…..” Op dat moment sloeg moeder haar hand voor haar mond en ze keek of haar iets te binnen schoot. “Wat is er moeder?” vroeg ik. “Niets jonkje, helemaal niets….”zei ze.